Sean Vos houdt zich al ruim 15 jaar bezig met het verduurzamen van de Nederlandse woningvoorraad. Vanuit zijn ervaring heeft hij een duidelijke visie op hoe het verduurzamingstempo omhoog kan, met bijvoorbeeld projectoverstijgende ketensamenwerkingen In zijn rol als docent en ontwikkelaar bij BOB-KOB brengt hij zijn kennis en ervaring met veel enthousiasme over aan de sector.
Sean is als docent betrokken bij meerdere trainingen voor het verduurzamen van de bestaande woningvoorraad. Van een eendaagse introductie, tot de vierdaagse cursus Verduurzaming Bestaande Woningbouw. Daarnaast is er de Verduurzaming Bestaande Woningbouw: met CTRL2050 zorgeloos naar gasloos. Tot slot is er de Verduurzaming Bestaande Woningbouw: naar de Standaard, deze wordt verzorgd door een andere docent.
Als docent wil Sean vooral bijdragen aan het vergroten van de kennis over verduurzaming. “De uitdaging die we hebben is gigantisch, en om de doelen te behalen moeten we fors gaan opschalen. Zowel op het gebied van kennis en kunde, maar ook op het gebied van samenwerken, van communiceren. We hebben professionals nodig die integraal kunnen denken en handelen. Vanuit die gedachte hebben we onze trainingen ingericht.”
“Bij de vierdaagse variant wordt eerst de noodzaak van de verduurzaming geschetst en de doelen die zijn gesteld. Van daaruit kijken we vervolgens hoe die doelen gerealiseerd kunnen worden. Dus van hoog over, vanuit de noodzakelijke energietransitie, naar de oplossingen en de technieken. Met de nadruk op praktische inzichten en handvatten. Met uiteraard veel aandacht voor de financiën, maar ook voor het meenemen van de bewoners als eindgebruikers. Kortom, alle aspecten die bij verduurzaming een rol spelen.”
“Daarbij zijn drie docenten betrokken. Maurice Coen neemt de deelnemers mee door het grote plaatje van verduurzaming, de rol ervan binnen onze maatschappij en de transitie waar we middenin zitten. Doris de Bruijn behandelt uitgebreid het perspectief van de bewoner als belangrijke stakeholder in het proces. Zelf neem ik de deelnemers mee naar de doelen die binnen de sector zijn gesteld, de regelgeving daaromheen en de technische oplossingen die er zijn. Daarnaast besteed ik aandacht aan de businesscase van verduurzamen en de benodigde samenwerking.”
“Bij CTRL2050 nemen we deelnemers in vier middagen mee in dat specifieke denk- en werkproces voor rijwoningen. We gaan daarbij zowel in op de inhoud als op de consequenties van die aanpak, bijvoorbeeld hoe je de organisatie daarin mee kunt nemen. Dat is met name interessant voor corporaties en hun ketenpartners, die met CRTL2050 aan de slag willen of dat serieus overwegen. Voor die partijen organiseren we CTRL2050 ook regelmatig als incompany.”
Bij de diverse trainingen zijn de groepen vaak gemêleerd, wat een groot voordeel is. “Van woningcorporaties zien we allerlei functionarissen, die met verduurzaming te maken hebben, van projectleiders en woonconsulenten tot de vastgoedmanagers. Vanuit marktpartijen nemen veel projectleiders deel. Die mix geeft altijd een leuke dynamiek. Bij het onderdeel kosten komen vaak al snel de wederzijdse vooroordelen op tafel, over opdrachtgevers die te laag budgetteren en aannemers die met kostenstijgingen komen. Door daarover alleen al in gesprek te gaan zie je het wederzijds begrip vaak toenemen.“
Het vergroten van het onderling begrip is volgens Sean een belangrijke stap in succesvol verduurzamen. “Om de verduurzamingsopgave aan te pakken moeten we veel meer en beter samenwerken. Ook omdat we in de sector te veel vanuit de eigen koker denken, en het moeilijk vinden om hulp te vragen, om ons kwetsbaar op te stellen. Ik denk dat we daardoor onnodig vaak beren op de weg denken te zien en kansrijke innovaties of verbeteringen blokkeren. Wij willen juist stimuleren dat mensen elkaar meer opzoeken, en van elkaar willen leren.”
“Wij proberen onze deelnemers de handvatten te geven, waarmee ze zelf aan de slag kunnen met de verduurzaming. Daarbij gaan we niet alleen in op de hoe- en de wat vraag, over technieken en producten. We koppelen dat namelijk aan het bredere plaatje dat de broodnodige context geeft om de beste keuzes en afwegingen te maken.”
Een belangrijk onderdeel is dat deelnemers zelf, en met elkaar, reflecteren op de materie. Die discussies leiden vaak tot nieuwe inzichten, ziet Sean: “In de dagelijkse praktijk ben je vaak gebonden aan je rol, en ligt de focus op een specifiek project. Maar bij ons zoomen we bewust uit, zodat je aannames leert herkennen en er ruimte komt voor nieuwe oplossingen. Een opleidingstraject werkt daarbij ‘ontwapenend’ en zorgt ervoor dat deelnemers vanuit verschillende disciplines vrijer kunnen denken en hun vooroordelen en ervaringen delen.”